Samenlezen in de sneeuw, en in zomers avondblauw van Rimbaud
Vrijdagnamiddag, de sneeuw maakt dat ik twee keer wegglijd voordat ik binnenwandel, mijn jas over een stoel hang en rondkijk of ik bekende gezichten zie. Zelfs in dit weer schuiven we met ons zessen aan tafel, en er komt nog een telefoontje van een samenlezer die laat weten dat hij zich niet door de witte vlokken waagt.
H. schuift vandaag voor het eerst mee aan, en heeft mij zonet al aan een reeks vragen onderworpen. Waarom werk ik met boeken? Wat betekent lezen voor mij, en voor de wereld? Hij monkellacht als ik antwoord dat literatuur de mooiste gids voor het leven kan zijn, en dat lezen voor mij zoiets is al ademen.