Diversiteit in kinderboeken
Op de dag dat overal berichten verschenen over de tanende leesvaardigheid van onze kinderen en jongeren, stond ik in Brugge voor een grote groep bibmedewerkers en leesbevorderaars. Ik was door de VVBAD opgetrommeld als expert in toegankelijke en inclusieve kinderboeken – altijd uitdagend om daarover te praten.
Gelukkig was de ruimte gevuld met professionals die het helemaal zagen zitten om met mij in dialoog te gaan over de powerpoint met covers en de boeken die tactisch in het lokaal rondslingerden.
Zoveel criteria waaraan wij hopen dat kinderboekenmakers zullen voldoen: én vanzelfsprekend superdiversiteit tonen, én een superdiversiteit die inclusief is én toegankelijk zijn én daarnaast ook nog een echt mooi, goed literair-esthetisch boek afleveren. Je zou van minder een writers block krijgen, toch?
Via voorbeelden toonde ik aan dat er in jeugdboekenland al een hele weg afgelegd is, en dat tegelijkertijd stereotiepen nog altijd binnensluipen. Hoe jammer is het bijvoorbeeld dat de opa in Opa’s pride te oud/te zwak is om nog naar de pride te gaan, waardoor het kleinkind voor hem een alternatief organiseert. Superjammer voor al die dynamische grootouders toch… Die er heus genoeg van hebben dat ze nog al te vaak ziek, zwak (of erger nog: breiend!) afgebeeld worden.
Gelukkig zijn er dan ook boeken als Mijn oma van Jan De Kinder, waar (een witte) oma niet heel vaak op de prenten te zien is… Ze heeft het immers te druk met waterskiën en parachutespringen.
Als ouders, leesbevorderaars, leerkrachten, bibmedewerkers enzovoort kunnen we gelukkig zorgen dat de combinatie van boeken inclusief is. En bovendien ook nog eens heel erg goed geschreven… Zoveel enthousiasme, kennis en bereidheid om het eens ander aan te pakken. Dat zijn de beste sessies om te mogen verzorgen!